“Wat zijn de ervaringen in andere gemeenten / wijkteams met bezwaarzaken voor een afkeuring of lagere toekenning voor PGB Jeugd”
Toelichting
Per jaar krijgen we te maken met enkele bezwaarzaken voor een afkeuring of lagere toekenning van aanvragen voor persoonsgebonden budget jeugd. Ik ben echter benieuwd hoe vaak andere gemeenten/wijkteams zulke bezwaren binnenkrijgen en hoe vaak deze als gegrond/ongegrond beoordeeld worden door de commissie, rechtbank (beroep) of CRvB (hoger beroep)?
Werkgebied
Wijkteam gemeente Westland
In de gemeente Zaltbommel, waar ik als jeugd- en gezinswerker in het sociale team werk, hebben we met enkele bezwaren per jaar tegen een PGB-besluit te maken. Dit betreft vrijwel altijd PGB's eigen netwerk, waarbij ouders als argument aandragen zelf de beste zorg aan hun kind te kunnen verlenen. Ondertussen geven deze ouders aan overbelast te zijn en in geldnood te zitten omdat ze niet of minder kunnen werken. Twee contra-indicaties om een PGB toe te kennen. Tenslotte is inkomstenderving geen grond om een PGB toe te kennen én wordt overbelasting niet minder als deze ouders hetzelfde blijven doen met hun kind (maar dan tegen een vergoeding). Als we de PGB eigen netwerk vraag afwijzen, zijn ouders steevast teleurgesteld en soms boos. Tot een bezwaar leidt het zelden.
PGB's voor de inzet van zorgaanbieders of ZZP'ers worden vrijwel altijd door ons toegekend, mits er sprake is van een hulpvraag die professionele zorg of hulp verantwoord.
Ik heb ervaring (als aanbieder) in ouders begeleiden in bezwaarprocedures en rechtszaken in een aantal verschillende gemeenten (Noord en Zuid Holland). (ja, ook een van de gemeenten onderaan deze site)
De ervaringen zijn daardoor verschillend: 1 gemeente handelde hier heel correct in, 2 andere waren minder prettig, waarvan 1 zelfs ronduit klachtenswaardig (vond klachtenfunctionaris van die gemeente ook).
Bij bezwaarprocedures wordt de gang van zaken vaak aan eigen beleid getoetst en daardoor vaak als 'ongegrond' beoordeeld (slager keurt eigen vlees), terwijl later bij de rechtbank als 'gegrond' beoordeeld wordt, omdat dat het landelijk wettelijk kader er naast gelegd wordt (Jeugdwet, bestuursrecht). Het zou gemeenten sieren als ze dat 1 in hun beleid al zelf doen en 2 bij bezwaar het alsnog doen, zodat gang naar de rechtbank niet nodig is.
Dit geldt voor afwijzing en tarieven.
Ook de ervaring dat als een afwijzing aan de voorzieningenrechter wordt voorgelegd, de gemeente zonder zitting 'de fout' inziet en alsnog hulp toekend. Waarom moeten ouders door zoveel gedoe om hulp te krijgen?!
De zaken die ik begeleid heb zijn in 1e of 2e instantie allemaal gegrond verklaard.
Spijtig is dat dat dan vervolgens alleen voor de bezwaarde wordt gecorrigeerd en niet het gehele beleid op dit punt. Daardoor worden er regelmatig vergelijkbare bezwaarprocedures gevoerd. Zonde van tijd en geld, vooral voor gezinnen die hulp nodig hebben en geen extra taak en stress.
PGB,
Ik vind het diep en diep triest dat een beleid door gemeenten gevoerd wordt dat Pgb niet mogelijk is en niet kan. Er wordt namelijk vergeten dat indien iemand zelf of vanuit zijn netwerk het PGb kan beheren dit iets is waar een wettelijk recht op berust. Deze kennis is blijkbaar bij veel mensen niet in hun scholing opgenomen. Indien ze het wel in de scholing mee krijgen en aan mensen dus onjuiste informatie, leugens vertellen vindt ik het een nog grotere aanfluiting. Daarbij vaak wordt met de fraude die in het Pgb gewapperd. Hierin wordt vergeten dat het een fractie van alle fraude is. Over de giga fraude in ZIN wordt maar wijselijk de mond gehouden. Vaak nog helemaal niet onderzocht of uitgezocht. Want als dit bekend zou worden dan stonden de haren helemaal overeind te wapperen. Eigenlijk is zog in Pgb een zeer goedkope zorg, al wordt ook hierin het tegenovergestelde telkens geroepen. Daarbij vindt ik een heel belangrijk iets dat mensen eigen keuzevrijheid en eigen regie hebben. Zeker zelf kunnen bepalen wie er in hun huis komt en wie er vaak aan het lijf van mensen zit. Deze zelfbeschikking en eigen regie staat toch ook bij u voorop? Waarom dan niet bij u medeburger waarvoor u zich toch zou willen inzetten?
De boordeling hoort toch niet te gaan over 'inkomstenderving', maar of een kind 'zorgintensief' is: door een (fysieke, verstandelijke, psychische) problematiek meer dan gebruikelijk aandacht/zorg vraagt. Doordat dat intensief is, is het soms niet (meer) mogelijk te blijven werken. Er wel naast werken leidt dan tot overbelasting van ouders en alle problemen die daar uit voortvloeien. (stress door overbelasting of zorg over inkomen door niet meer kunnen werken heeft enorm effect op je (opvoed)capaciteit en dus zorg voor het kind.
Dan kun je wel iemand anders op PGB inzetten om voor je kind te zorgen terwijl ouders werken....
Maar maakt het dan uit of een ouder op PGB zelf voor zijn/haar kind wil blijven zorgen of dat je een PGB voor informele zorg inzet om een andere (on)bekende voor je kind te laten zorgen?
Dat laatste lijkt me vooral aan de ouders om te bepalen. Kost de gemeente dan toch even veel?
En natuurlijk geef je als ouders aan zelf het beste voor je kind te kunnen zorgen: dat wil iedere ouders toch het liefst?!
Bij het beoordelen van een PGB-aanvraag dient de wet als kader. Dat er in de wet kaders staan waar je je als hulpverlener niet in kan vinden doet daar niks aan af. De Jeugdwet en Wmo 2015 bieden daarnaast een kader voor het beoordelen van hulpvragen. Heel in het kort:
- Wat is de hulpvraag/hulpbehoefte?
- Wat kan het gezin zelf? Wat kan er in het netwerk? Wat kan er met voorliggende voorzieningen opgelost worden?
- Pas daarna komt de optie tot het inzetten van geïndiceerde tweedelijnszorg.
Laat ik voorop stellen: ik ben hulpverlener en span me altijd in de gezinnen die bij mij aankloppen adequaat te helpen. Dat een PGB eigen netwerk afgewezen wordt, wil niet zeggen dat zo'n gezin verder aan het lot overgelaten wordt. Sterker nog, juist door het PGB eigen netwerk af te wijzen ontstaat er vaak ruimte om hulp in te zetten die een gezin echt helpt.
<p>Als we over de Jeugdwet gaan spreken is vaak alleen maar bekend over de jeugdwet wat er gebruikt kan worden. Dit veelal bij diegenen die indicaties moeten toewijzen. Het feit wil namelijk dat ik al voor een klein stukje meegewerkt heb voordat deze ingevoerd werd. Een stukje reparatie kon bewerkstelligen. Nadien heb ik meegewerkt aan de tussenevaluatie. Het heeft een behoorlijk dik epistel opgeleverd. Echter hier is maar 1/3 van de eigenlijke problemen in verwoord. Want zoals we moesten vaststellen, als alles opgenomen werd nam niemand het serieus. Vaak nog niet problemen dat het niet goed verwoord stond, maar de manier waarop de interpretatie plaatsvond. Dit heeft ook veel te maken met de scholing die plaatsvind. Door degenen die scholing geven, wordt een veiligheidsmarge ingebouwd. Vervolgens wordt er weer een veiligheidsmarge toegepast door degenen die het moet uitvoeren. Dan krijg je dus die leuke uitspraken van wij kleuren buiten de lijntjes. Echter het is geen buiten de lijntjes kleuren, maar de ruimte gebruiken, benutten en inzetten die wet en regelgeving bied.</p>